Parochie Reijmerstok: 80 jaar jong

De oorsprong van onze parochie begint in 1835, toen enkele ‘notabelen’ van Reijmerstok (Jan Acampo, Nicolas Urlings, Jan Bours, Jacob Sluiijsmans, Jacob Huijnen en Dionisius Urlings) een verzoek indienden bij koning Leopold I, voor het bouwen van een kapel in het gehucht Reijmerstok.

Het perceel grond met bouwplaats (groot 2 roeden en 15 ellen) werd geschonken door Nicolas Urlings, onder de voorwaarde dat hij een bank in de kapel mocht plaatsen die exclusief voor hem en zijn familie zou worden gereserveerd. De reden voor de eigen kapel was, dat de wegen naar de gebedshuizen in Margraten (2 a 3 km) en Gulpen (5 km) vaak slecht begaanbaar waren. Het gehucht Reijmerstok telde toen 364 inwoners en 56 huizen/boerderijen.

De benodigde gelden voor de bouw van de kapel, werden door inwoners van het dorp bijeen gebracht. Men kon immers niet rekenen op bijdragen van de gemeente Gulpen. Zo werden 3.407 franken toegezegd terwijl anderen pro deo het vervoer van de blokken mergel voor hun rekening namen (waarde: 1.500 franken) en weer anderen boomstammen schonken. Graaf Oscar d’Ansembourg deed een toezegging van 400 franken.

Aangezien het dorp ook gedeeltelijk moest opdraaien voor de salaris- en huisvestingskosten van een geestelijke, vroeg het ministerie in Brussel zich af, of men zich in Reijmerstok wel de ‘draagwijdte van het hele project’ realiseerde. Vanuit Reijmerstok kwam het antwoord, dat voor huisvesting werd gezorgd (een vakwerkhuisje met tuin) en dat de geestelijke kon rekenen op bijdragen van zijn gelovigen in natura, zoals vlees en boter.

Hoewel het uiteindelijke ontwerp en begroting van de kapel nog niet gereed waren, werd in juli 1836 de eerste lading mergelblokken geleverd. De toestemming voor de bouw duurde echter tot juli 1837. Vrijwel alle bouwmaterialen waren toen allang ter plekke aanwezig. De bouwsom was inmiddels opgelopen van 6.872 (1e plan) tot 12.562 franken. Het verschil werd verkregen uit subsidies en schenkingen.

In 1838 werd begonnen met de bouw van de kapel. Op 14 januari 1839 zegende deken Van der Velpen van Gulpen de nieuwe kapel in, en vierde de geloofsgemeenschap van Reijmerstok voor het eerst de eucharistie in haar eigen kapel. Op 10 mei 1839 werd Jean Balthasar Frijns benoemd tot rector van het rectoraat Reijmerstok.

In januari 1843 werd een verzoek ingediend om de kapel van Reijmerstok te verheffen tot Succursale kerk. Tot die tijd was men immers voor begrafenissen en andere sacramenten aangewezen op de parochiële kerk van Gulpen. Dit verzoek werd geweigerd, met als reden dat Reijmerstok niet voor de hiermee samenhangende kosten kon opdraaien. Denk hierbij aan een kerkhof, priesterwoning, doopvond en kosten van een eredienst (zoals koster, zanger, gewaden, ornamenten, kaarsen, wierook etc.).

In februari 1852 werd bij de gemeente Gulpen een verzoek ingediend om (op eigen kosten) een pastorie te mogen bouwen op de zogenaamde ‘grooten poel’, welke eigendom was van de gemeente Gulpen. Enkele inwoners tekenden echter bezwaar aan. Zij vreesden een gebrek aan water en een problematische versmalling van de straat voor paard en kar. In mei 1852 werden de bezwaren van tafel geveegd en de vergunning voor de pastorie verstrekt. Reijmerstok had echter geen kerkbestuur en daarmee had het rectoraat geen bevoegdheid om dit te realiseren. Het kerkbestuur van Gulpen kwam hierin tegemoet. Zo kon in 1855 worden begonnen met de bouw van de pastorie.

Het duurde tot 1871 voordat het sacrament van het doopsel in de kapel van Reijmerstok mocht worden toegediend en men toestemming kreeg om een begraafplaats aan te leggen om de ‘doden van het gehucht’ te begraven. Het onderhoud van de kapel was intussen een probleem. Rond 1880 was het dak lek, dreigden de 7 vensters in te vallen en de toren met klok in te storten. De klok durfde men niet meer te luiden. De houtworm had het hout flink aangetast. In 1885 werd begonnen met de herstelwerkzaamheden. De kosten (450 guldens) werden volledig vergoed uit subsidies.

In 1896 kreeg Reijmerstok een eigen kerkbestuur. De kapel was intussen te klein geworden voor de toename van het aantal parochianen. Hoewel men eerst over wilde gaan tot vergroting van de kapel, werd uiteindelijk besloten om in 1922 een nieuwe kerk te bouwen naar het ontwerp van Jos Wielders. Met ingang van 6 juni 1937 verhief bisschop Lemmens van Roermond het rectoraat Reijmerstok tot zelfstandige parochie.