Remmende voorsprong
Mensen zeggen al eens: de Kerk moet met de tijd meegaan en rekening houden met dat wat de mensen nú (anno 2017) denken.
Wellicht zijn ze in goed gezelschap, want Paus Franciscus zegt dat hij de Kerk liever op straat ziet, waar ze nodig is, en waar ze vuil geworden is, dan een Kerk die ongezond lang binnen zit en zich vastklampt aan haar eigen zekerheden, met regels, met geruststellende vertrouwde gebruiken (Evangelii Gaudium).
En wie is de Kerk, volgens u, volgens jou?
In onze parochies zijn veel mensen die begrepen hebben dat wij alleen de Kerk zijn: mensen die hun inspiratie vinden in Jezus Christus en zijn Evangelie en die handen en voeten proberen te geven aan zijn uitnodiging: bouwt Gods rijk van vrede, gerechtigheid en liefde. Zij nemen daarin het voortouw en zorgen daarmee als het ware voor een voorsprong op mensen die het wel geloven.
Dat gebeurt al heel wat jaren in veel geloofsgemeenschappen (parochies). Ook dus in de onze. En als u goed kijkt, zult u kunnen zien dat deze mensen dat niet alleen goed doen en met toewijding, maar dat het ook steeds dezelfde zijn. Er komt weinig verandering in de samenstelling van de vrijwilligersgroepen en een aantal van hen wordt steeds ouder. Soms nemen enkele nieuwe mensen de uitdaging aan maar over het algemeen is het moeilijk om mensen bereid te vinden om toe te treden tot onze groepen.
Misschien denkt u nu dat ik blind ben en niet kan zien hoeveel mensen zich inzetten op allerlei gebied en voor allerlei noden in onze gemeenschap. Als iemand dat wèl ziet, dan ben ik het. Die mensen inspireren mij en ik ben hun zeer dankbaar. Maar ik weet ook dat hun inzet een reden voor anderen is om hun armen te kruisen en erbij te gaan en blijven zitten. Zo wordt de voorsprong een hinderpaal om nieuwe mensen bereid te vinden om mee te doen en zich (ook) in te zetten voor de opbouw van onze gemeenschap.
Kortom: als ik deze regels kan schrijven met dankbaarheid, dan is dat dankzij veel mensen die vrijwillig meewerken. Tegelijkertijd ben ik bezorgd dat er zo weinig nieuwe – en vooral jongere – mensen een taak op zich willen of durven te nemen.
Met jongeren bedoel ik ook mensen tussen de 40 en 50 jaar.
Vind je dat de Kerk met de tijd mee moet gaan, kom dan meedoen op het veld en niet vanaf de zijlijn.
René Graat, mhm
pastoor